Vanuit het basisonderwijs, voor het basisonderwijs
Woordsoorten benoemen is vaak lastig en abstract voor kinderen. Er zijn veel posters ter ondersteuning op internet te vinden. De ene nog vrolijker en kleur
Ours is an age of abbreviations. No matter what we're doing, we want the short cut. And one of the first places that was reflected was in our communication with one another. Can you imagine a time before LOL and BRB and L8TR and CU? It's difficult isn't it? If you're anything like me, you
These mouth-watering muscle building vegan recipes by top plant-based dieticians will help you get a shredded and ripped body. Check out..
Verbes néerlandais / Nederlandse werkwoorden, Nederlandse verba Vocabulaire néerlandais / Nederlandse woordenschat ---------------- Silhouet : Keizersgracht, Amsterdam https://www.flickr.com/photos/8725928@N02/with/3270099912/ --------------- Nederlandse werkwoorden (verba) Verbes néerlandais Document 'Werkwoorden (verba)' sur Pinterest : https://fr.pinterest.com/pin/319051954839459226/ WOORDENSCHAT drinken : boire oversteken : traverser leiden, aanvoeren : diriger, mener besturen : conduire [un véhicule] slaan : frapper (op)tillen : soulever, lever eten : manger huppelen : sautiller afsluiten : fermer à clé drijven : flotter jongleren : jongler kijken [naar] : regarder vliegen : voler springen : sauter marcheren : marcher au pas, défiler (op)vouwen : plier (tegen de bal) schoppen : donner un coup de pied (dans le ballon) mengen : mélanger volgen : suivre kloppen : frapper [à la porte] zwabberen, dweilen : nettoyer avec un balai à franges, passer la serpillière (sur) geven : donner lachen : rire opendoen, openen : ouvrir schaatsen, schaatsenrijden : patiner vegen, bezemen : balayer (rechts) afslaan : tourner (à droite) (rond)dartelen : gambader, sautiller zwemmen : nager lopen, stappen, wandelen : marcher, se promener slapen : dormir schommelen : se balancer afwassen, de afwas doen, de vaat doen : faire la vaisselle (af)glijden : glisser nemen : prendre wuiven : saluer de la main, faire signe de la main niezen : éternuer spreken, praten : parler afvegen : nettoyer, essuyer (de bal op zijn vingertop) laten (rond)draaien : faire tourner la balle (sur le bout de son doigt) vertellen : raconter werken : travailler staan : être debout gooien, werpen : jeter, lancer schrijven : écrire blijven staan, stoppen : s'arrêter, stopper (zijn veters) vastmaken, strikken : nouer (ses lacets) gapen, geeuwen : bâiller
Ben je op zoek naar taal opdrachten of spelletjes voor begrijpend lezen. Of zoek je een leuke taaloefening. Kijk dan eens hier!
Door Wendy: Lessen uit reguliere taalmethodes kunnen soms best lastig zijn voor meertalige leerlingen die nog relatief kort in Nederland zijn. De oefeningen slu
Hoi, Welkom terug bij leren met Anita en Suzanne. Pas hebben we hulpkaarten gepost voor de werkwoordspelling: https://lerenmetanitaensuzanne...
Taal- en spellingonderwijs met ruimte voor klas- of schooleigen keuzes en accent op zorg en differentiatie. Meer lezen?
Hulpkaart om werkwoorden correct te vervoegen: onvoltooid tegenwoordige tijd, onvoltooid verleden tijd, voltooid deelwoord. Met toevoeging van ezelsbruggetje 't sexy foksch …
Hallo, Welkom terug bij leren met Anita en Suzanne. Voor veel kinderen is de werkwoordspelling lastig. Op schooltv staan een 2 filmp...
Leerlingen kleuren de synoniemen in dezelfde kleur. Ze noteren ook synoniemen naast een aantal opgegeven woorden.
Leerlingen vullen de eindletter (d of t) aan in de woorden. Nadien schrijven ze het woord nog eens volledig over.